Write Junior

WRITE-junior (trauma-therapie)

WRITE-junior schrijftherapie is een behandelmethode waarbij het kind samen met de therapeut zijn verhaal opschrijft. In een aantal sessies wordt niet alleen het trauma en de context daarvan opgeschreven, maar ook wordt gewerkt aan nieuwe manieren om er tegenaan te kijken en er mee om te gaan, zodat het kind na afloop van de therapie weer voort kan met het leven. Het ‘boek’ dat het kind aan het eind van de behandeling overhoudt is een belangrijk document om later nog eens te lezen en ook te laten lezen aan mensen die belangrijk zijn voor het kind. Hun erkenning voor wat het kind heeft doorgemaakt is een ondersteunend element in de behandeling.

WRITE-junior schrijftherapie is:

  • Kortdurend
  • Aangepast aan de leeftijd van elk kind
  • Kleinere kinderen vinden het prettig dat gebruik wordt gemaakt van tekeningen
  • Oudere kinderen vinden het gebruik van de computer prettig
  • Het is voor ouders en kind heel duidelijk wat er gebeurt tijdens de therapie
  • Na afloop heeft het kind een belangrijk document (boek) om te bewaren en na te lezen
  • De effectiviteit van WRITE-junior is wetenschappelijk onderzocht.


Voor wie?
WRITE-junior schrijftherapie is geschikt voor getraumatiseerde kinderen en jongeren tussen de 4-18 jaar, die kampen met een Posttraumatische Stressstoornis (PTSS) of een aantal PTSS kenmerken, waardoor ze belemmerd worden in hun functioneren. Het gaat daarbij om eenmalige traumatische gebeurtenissen zoals een ongeluk, een verkrachting, de dood van een dierbare of een ramp.
Het kan ook gaan om meerdere traumatische gebeurtenissen over langere tijd, zoals langdurig seksueel misbruik, huiselijk geweld of het verlies van meerdere dierbare mensen.
Voorwaarde is dat de traumatische ervaringen zijn gestopt.
De schrijftherapie kan ook worden gebruikt voor een aparte categorie kinderen met traumatische ervaringen. Dat zijn kinderen die getraumatiseerd zijn door de problemen van een gezinslid met een psychiatrische stoornis, bijvoorbeeld een suïcidepoging van een manisch-depressieve ouder of de brandstichting door een broertje met ADHD. In die gevallen is de moeilijke situatie waarin het kind zit dus nog niet gestopt, want de psychiatrische stoornis blijft bestaan en kan nieuwe trauma’s veroorzaken. 

WRITE-junior kan ook gebruikt worden voor:

  • Verwerken van pre-verbaal trauma 
  • Psycho-educatie over ADHD en ASS

Hoe werkt het?
De behandelaar schrijft samen met het kind het verhaal van het trauma op de computer. Met jongere kinderen worden tekeningen naast de tekst gebruikt. Door de heftigheid van het trauma is de gebeurtenis vaak niet goed in het geheugen van het kind opgeslagen, waardoor het kind er nog last van heeft onder andere in de vorm van herbelevingen. Tijdens de therapie wordt het verhaal van de traumatische gebeurtenis in een veilige situatie, namelijk de therapie, weer “gereconstrueerd”, zodat het nu wel goed in het geheugen kan worden opgeslagen.
Door het meemaken van zo’n heftige gebeurtenis kan een kind ook andere, vaak negatieve gedachten krijgen over zichzelf, over andere mensen of de wereld. De therapeut gaat samen met het kind die gedachten onderzoeken, en verandert de gedachten op een meer functionele manier. Samen met het kind wordt gekeken op welke manier hij tegen de traumatische ervaring aan kan kijken, zodat het kind weer gevoel heeft controle over zijn leven te krijgen.
Een ander belangrijk onderdeel is het laten lezen van het verhaal aan andere mensen die voor het kind belangrijk zijn. Door het positieve commentaar dat het kind krijgt van bijvoorbeeld zijn ouders, voelt hij zich extra gesteund en gehoord. Voorafgaand aan de schrijftherapie wordt altijd een intakegesprek met ouders en kind gevoerd. Ook tijdens de therapie blijven ouders betrokken, of eventueel aanwezig ofwel door middel van aparte oudergesprekken.

In de behandeling worden cognitieve gedragstherapeutische technieken gebruikt als exposure, cognitieve herstructurering, coping en social sharing. De bedoeling van de exposure is dat er gedetailleerd geschreven wordt over de feiten en de daarbij behorende gedachten en gevoelens. De therapeut helpt het kind zijn gevoelens en gedachtes te verwoorden en deze opnieuw te koppelen aan de gebeurtenissen in het verhaal over de traumatische ervaringen. Bij cognitieve herstructurering wordt samen met het kind bekeken op welke manier hij te geven de traumatische ervaringen kan aan kijken zodat hij het gevoel van controle over zijn leven terugkrijgt. De disfunctionele gedachten over zichzelf, anderen of de wereld worden veranderd in functionele gedachten. Vervolgens worden de coping mechanismen in het hier en nu en voor de toekomst geschreven. Tijdens het schrijven wordt er Psycho-educatie gegeven. Op die manier wordt het kind geholpen de traumatische ervaringen in een kader te plaatsen. Een belangrijk onderdeel is de social sharing. Samen met het kind en de ouders wordt bepaald wie het verhaal mogen lezen. De feedback die het kind op zijn verhaal krijgt geeft erkenning. Steun en begrip voor de moeilijke tijd die hij heeft doorgemaakt.

Preverbaal verhaal
Preverbaal trauma is een trauma dat kan ontstaan wanneer een kind nare ervaringen meemaakt op een leeftijd waarop het nog niet kan praten. Het kind kan nog geen woorden geven aan deze ervaringen, maar deze nare ervaringen worden als het ware wel in hun lijf opgeslagen. Bij trauma gaat het om ervaringen die destijds overweldigend kunnen zijn beleefd. Deze ervaringen in het verleden kunnen klachten in het heden aansturen. De herinneringen hieraan ligt zodanig in het geheugen opgeslagen dat deze getriggerd kan worden, als het kind een vergelijkbare ervaring meemaakt of deelaspecten van een handeling of gebeurtenis het kind onbewust herinneren aan het trauma. Wat betreft de traumatische gebeurtenissen kan gedacht worden aan; traumatische medische ervaringen, mishandeling, verwaarlozing, seksueel misbruik, veel verhuizingen, veel verschillende verzorgers.
Het kind kan door de negatieve ervaringen bijvoorbeeld last krijgen van verhoogde prikkelbaarheid, overmatig huilen, vaak boos worden, slaapproblemen of eetproblemen. Het kan ook tot uiting komen in het gedrag van het kind naar de ouder, bijvoorbeeld steeds de nabijheid van de ouder zoeken of hem juist vermijden. Soms vindt een stagnatie in de ontwikkeling plaats, doordat het kind zich niet meer durft te laten uitdagen door nieuwe prikkels.
Om de weg vrij te maken van voor een gezonde ontwikkeling is het belangrijk zo vroeg mogelijk in het leven van een kind de betekenis van zijn gedrag te begrijpen, het onderliggende trauma te vinden en een traumabehandeling in te zetten.

Hoe werkt het?
Ouders of verzorgers startten met de therapeut met een soort assesmentfase. Hierin wordt een beeld verkregen van de ontwikkeling, de hechting, de emotieregulering en het probleemgedrag van het kind. Daarna volgt de behandeling in 3 fases:
– de stabilisatiefase
– de traumaverwerkingsfase
– de integratiefase

Bij het WRITE-junior-preverbaalverhaal maken ouders samen met de therapeut de tijdlijn en het verhaal. Tussen de sessies door kunnen ouders thuis verder schrijven aan het verhaal, maar dit vervolg wordt altijd nabesproken in de behandelsessies. Het taalgebruik is altijd op het niveau van het kind. Tijdens het schrijven wordt ervoor gezorgd dat er uitgebreide exposure aanbod komt, zodat dit niet alleen voor het kind maar ook voor de ouder gelijk een soort ordening en verwerking is. Daarnaast wordt het kind niet extra belast tijdens de verdere behandeling.